Bezienswaardigheden in Westernijtsjerk


De midden in het terpdorp gelegen kerk, gewijd aan Godehardus, heeft geen aantrekkelijk westelijk front. De muren van schip en koor hebben evenwel veel interessants te vertellen. De kerk is goeddeels in de eerste helft van de 13de eeuw gebouwd, zij kan als romano-gotisch bouwwerk worden gekarakteriseerd. Dat beeld wordt door veel sporen van eerder en later verstoord en verrijkt. Zo is in beide muren tufsteen verwerkt van de vorige kerk uit de 11de eeuw. In de noordmuur zit vrij veel grijze tufsteen tussen de rode baksteen verwerkt. Laag staat een rondboogvenster van de voorkerk. Dan volgt een dichtgemetselde, rondbogige ingang met een ovaal venstertje. Verder oostwaarts staan drie flinke rondboogvensters uit 1802, soms met sporen van gotische vensters erbij. Rond het middelste zijn bovendien sporen van een verdwenen aanbouw te vinden. Het vijfzijdig gesloten koor heeft op de hoeken vrij complete, van baksteen gemetselde rondstaven.

De koormuren laten sporen van middelgrote rondboogvensters zien, alleen aan de zuidzijde zit een grote spitsbogige nis van een voormalig gotisch venster. Ook de zuidelijke muur heeft drie rondboogvensters uit 1802 en sporen van gotische vensters, tufsteenvelden, sporen van een verdwenen aanbouw en aan de westzijde een dichtgemetselde rondbogige ingang met ovaal venstertje. De westelijke gevel heeft met lisenen een driedeling. In het torenelement staat de omlijste ingang met halfrond bovenlicht, een gedenksteen en hoog een roosvenster. In de vleugelmuren staan grote rondboognissen. In de toren met ingesnoerde spits zitten gemetselde rondbooglijsten en dubbele galmgaten.

De kerkruimte wordt gedekt door een tongewelf met trekbalken. De in 1658 door Dirk Sydtses vervaardigde preekstoel met klankbord heeft een kuip die versierd is met gegroefde hoekzuilen en gecorniste panelen. De ertegenover staande overhuifde herenbank is in 1723 gesneden door Jacob Sydses Bruinsma voor Dieuke Wielinga-Westerhuis. Hij heeft getordeerde en omrankte zuilen en een opengewerkte kuif met wapens. Het orgel is oorspronkelijk van J.A. Hillebrand (1831); de kas is nog origineel maar het instrument is al in 1833 en daarna ook nog een paar keer verbeterd.

De kerk is in de eerste helft van de 13de eeuw in laatromaanse vormen gebouwd. De noordmuur geeft het meeste prijs van het romaanse verleden. Tussen rafelige restanten van steunberen zitten in vrij regelmatig moppenmetselwerk twee sporen van vrij grote, dichtgezette rondboogvensters. Verder westelijk zit nog een kwart boog boven een in de 15de eeuw aangebrachte ingang: een dichtgemetselde korfboog binnen een geprofileerde spitsboognis. Nabij de koorsluiting staat een groot rondboogvenster dat net als dat in de zuidmuur omstreeks 1800 is ingebroken. De driezijdige koorsluiting wordt op de hoeken geaccentueerd door slanke muurschalken met schijfkapitelen, kenmerkend voor het rijpe romaans. Het uitgezakte muurwerk van de koorsluiting wordt geschraagd door wigvormige steunberen die het beeld verstoren. Dat doet de deur eveneens; aan de binnenzijde zit daar een door S.J. Mellema in een overdadige neorenaissancestijl omstreeks 1900 getimmerd portaal. Het middelste gedeelte van de zuidmuur is gelijk met het aanbrengen van de rondboogvensters beklampt met kleine steen. Aan de westzijde van deze muur loopt alles door elkaar: een deel van een rondboog van een ingang, een veel nieuwer venster en dichtbij het maaiveld een klein rond venster, allerlei metselwerk en een spoor van een weggehaalde steunbeer.

De vrij lage zadeldaktoren gaat ongeleed op. Bovenin zitten de galmgaten en beneden in de westgevel een ingang met een klein spitsboogvenster erboven.

Inwendig wordt de ruimte gedekt door een houten tongewelf met trekbalken. Laag in de zuidwand zit een reeks diepe nissen in verschillende vormen. De preekstoel met klankbord heeft voluutachtige hoekpenanten in barokke vormen uit het begin van de 18de eeuw; het doophek is 19de-eeuws en heeft in plaats van balusters in bronskleur geschilderde gietijzeren hekjes. De overhuifde herenbank ertegenover dateert uit de eerste helft van de 17de en de eenvoudige banken aan weerszijden uit de 19de eeuw. Vier van de kerkbanken bezitten bijzondere wangen met gotische briefpanelen en medaillons met symbolen uit de eerste helft van de 16de eeuw. Het orgel is in 1880 gebouwd door Bakker & Timmenga.

Bouwstijl: Romaans
Datering: Eind 13e eeuw
Restauratie: 2008

Ligging
Vlak bij Marrum ligt, op een kwelderwal, de buurtschap Westernijkerk. De kerk staat op een ruim kerkhof wat destijds deel uitmaakte van een stinzenterrein dat behoorde aan de Jeppema’s.

Exterieur
Eind 13e eeuw waarschijnlijk gebouwd met restanten van een voormalige stins: Jeppema State. In de 15de eeuw werd de kerk vernieuwd en vergroot. De kerk bestaat uit een éénbeukig schip en een driezijdig gesloten koorgedeelte, beide uit baksteen en een eveneens bakstenen toren. Er zijn twee kleuren steen toegepast; een groengeel materiaal en een harder gebakken rode steen die bij de dichtgemetselde vensters aan de noordzijde afwisselend in strepen is verwerkt.
Aan de noordzijde van het schip zijn resten rode pleister te zien. De zuidmuur is voor grotere gedeelten beklampt met 18de eeuwse steen. Het koor met de gemetselde kralen aan de hoeken van de sluiting en sporen van rondbogige vensters is laat-Romaans. Ook de muren van het schip zijn blijkens de aan de noordzijde zichtbare sporen van vensters nog Romaans, maar door de materiaaltoepassing iets afwijkend. De zuidmuur is in de 19de eeuw gemetseld.
De twee klokken in de toren, zonder naam van de gieter, zijn in 1385 en 1405 vervaardigd. Op de grootste klok staat in Gotische letters: Te colo Virgio pia vocorque postea ergo Maria a.d.m.CCCLXXXV (U vereer ik vrome Maagd en verder word ik daarom genoemd Maria. In het jaar des Heren 1385). Ook de kleine klok heeft een Latijns opschrift: a.d.m. CCCCV dum trahor audite voco vos ad gaudia vite. (in het jaar des Heren 1405. Als ik getrokken wordt, hoort! Ik roep U tot de vreugde des levens).

Interieur
Het is een bijzonder kerkgebouw met veertiende-eeuwse muurnissen. Van het meubilair in de kerk is de preekstoel uit de 18de eeuw. Verder is er nog een eiken herenbank uit het begin van de 17de eeuw met overhuiving op Corinthische zuilen, terwijl drie eindschotten van banken met gesneden panelen en bekroningen uit de 16de eeuw dateren. In de dooptuin liggen originele estriken.

Orgel
Het orgelfront uit 1880 - van Fokke Bakker en Arjen Timmenga - wordt gezien als een mooi voorbeeld van de Friese orgelbouwtraditie.

Huidig gebruik
De kerk van Westernijtsjerk wordt niet heel erg intensief gebruikt. De Plaatselijke Commissie organiseert zo nu en dan concerten en exposities. Het gebouw is beschikbaar voor rouw- en trouwdiensten. Er is wel een keuken en toilet, maar geen verwarming aanwezig. De kerk is wel gewoon te bezoeken; belangstellenden kunnen de sleutel afhalen op het
sleuteladres.


Archivering van erfgoedinformatie met het ErfgoedCMS™

Bent u geïnteresseerd in erfgoedinformatie en hoe u dit op een professionele en duurzame manier kunt ontsluiten op het internet, dan is het volgende voor u van belang.

Sinds kort is er namelijk het ErfgoedCMS™ van DeeEnAa. Met dit op maat gemaakte ErfgoedCMS™ kan ieder dorp of iedere stad haar erfgoedinformatie registreren, rubriceren en ontsluiten. Daarnaast kan het ErfgoedCMS™ worden ingezet als webshop voor lokale producten en kan het de basis vormen voor dorps- of stadswandelingen compleet met QR-code bordjes.

Voor meer informatie over dit onderwerp verwijzen wij u graag naar de pagina over het ErfgoedCMS™ op de ErfgoedCMS-website via onderstaande knop.